OLD [G_PRO] Programmeren en OO programmeren
1.0.0
1.0.0
  • Welkom
  • Inleiding
    • Benodigdheden
    • Afspraken code
    • Afspraken oefeningen
    • Nuttige extras
    • Dankwoord
    • Mee helpen?
  • Semester 1: Programming Principles
    • H1: Werken met Visual Studio
      • Introductie tot C#
      • Visual Studio en .NET Core installeren
      • Een C# project maken in Visual Studio
      • Fouten in je code
      • Je eerste stappen in C#
      • Input/Output: ReadLine/WriteLine
      • Kleuren in Console
      • Oefeningen
    • H2: Variabelen en datatypes
      • De syntaxis van C#
      • Datatypes
      • Variabelen
      • Expressies en operators
      • Oefeningen
    • H3: Strings en hun methoden
      • Strings
      • Strings samenvoegen
      • Omzetten van en naar strings
      • Functionaliteit van strings
      • Oefeningen
    • H4: Beslissingen
      • Beslissingen intro
      • Enkelvoudige booleaanse expressies
      • If, else, else if
      • Samengestelde booleaanse expressies
      • Scope van variabelen
      • Oefeningen
    • H5: Loops
      • Loops intro
      • While en Do While
      • For
      • Debuggen
      • Oefeningen
    • H6: Arrays
      • Array principes
      • Alternatieve syntax
      • Werken met arrays
      • Defaultwaarden
      • List<T>
      • Oefeningen
    • H7: Methoden
      • Methoden intro
      • Parameters
      • Return waarden
      • Geavanceerde methoden
      • Oefeningen
    • Intermezzo: TextCell
    • H8: Numerieke data
      • De Math klasse
      • Random
      • Casting en conversie
      • Oefeningen
    • H9: Meerdimensionaal werken
      • N-dimensionale arrays
      • Geneste iteratie
      • Oefeningen
    • H10: Gevorderde tekstverwerking
      • Voorstelling van tekst
      • Interpolatie met formattering
      • Werken met arrays van strings
      • Input en output van tekstbestanden
      • Oefeningen
    • Afsluiter: TextCell2D
  • Semester 2 : OOP
    • H10: Klassen en objecten
      • OOP Intro
      • Klassen en objecten aanmaken
      • DateTime: leren werken met objecten
      • Enumeraties: nog een eigen datatype
      • Klassen en objecten weergeven deel 1
      • Attributen
      • Methoden
      • Access modifiers
      • Properties
      • Oefeningen
    • H11: Objecten (al dan niet) aanmaken
      • Constructors
      • Spelen met strings
      • Oefeningen
    • H12: Geheugenmanagement bij klassen
      • value en reference met eigen objecten
      • nullable value types
      • NullReference exception
      • Labo
    • H13: Datastructuren
      • Foreach en var
      • List
      • Dictionary
      • Immutable datastructuren
      • Verdere datastructuren
      • Labo
    • H14: Overerving
      • Overerving intro
      • Virtual en override
      • Abstract
      • Constructors bij overerving
      • Oefeningen
    • H15: Geavanceerde overerving
      • protected access modifier
      • Base keyword
      • System.Object
      • Labo
    • H16: Exception handling
      • Werken met exceptions
      • Zelf uitzonderingen maken
      • Wanneer exceptions en handling gebruiken
      • Labo
    • H17: polymorfisme en interfaces
      • Polymorfisme
      • Polymorfisme in de praktijk
      • Interfaces
      • Losse koppeling
      • Labo
  • Appendix
    • Visual Studio Tips & Tricks
    • Ea-ict coding guidelines
    • Oefeningen kerkhof
  • Semester 1 appendix
    • Nice to know stuff
      • Out en Ref parameters
      • Jagged arrays
    • All-In-Projecten
      • Overzicht
      • Console Matrix
      • Ascii filmpjes maken met loops
      • Ascii filmpjes maken met methoden
      • Fun with methods: een verhaalgenerator
      • Tekst-gebaseerd Maze game
      • Conway game of life
  • Semester 2 appendix
    • Operator overloading
    • Object Initializer Syntax
    • Compositie en aggregatie
    • Nice to know stuff
      • Klassen herbruiken
      • Expression bodied members
    • All-In-Projecten
      • Overzicht
      • OO Textbased Game
      • War Simulator
      • Map Maker
      • Magic The Gathering API
      • SchoolAdmin
  • Pro (geen leerstof en/of in opbouw)
    • Bitwise operators
    • Generics en collections
      • Generics methoden en types
      • Generic classes en constraints
      • Collections
      • Labo-oefeningen
    • Events
      • Events
      • Chat server
    • Software engineering
      • SOLID
Powered by GitBook
On this page
  • Kennisclip
  • Documentatie

Was this helpful?

Export as PDF
  1. Semester 2 appendix

Object Initializer Syntax

Het is niet altijd duidelijk hoeveel overloaded constructors je juist nodig hebt. Meestal beperken we het tot de default constructor en 1 of 2 heel veel gebruikte overloaded constructors.

Dankzij object initializer syntax kan je ook parameters tijdens de aanmaak van objecten meegeven zonder dat je hiervoor een specifieke constructor moet schrijven.

Object initializer syntax laat je toe om tijdens (eigenlijk direct er na) creatie van een object, properties beginwaarden te geven.

Object initializer syntax is een eerste glimp in het feit waarom properties zo belangrijk zijn in C#. Je kan object initializer syntax enkel gebruiken om via properties je object extra beginwaarden te geven.

Stel dat we volgende klasse hebben waarin we enkele autoproperties gebruiken. Merk op dat dit evengoed full properties mochten zijn. Voor object initializer syntax maakt dat niet uit, het ziet toch enkel maar het public gedeelte van de klasse:

class Meting
{
    public double Temperatuur {get;set;}
    public bool IsGeconfirmeerd {get;set;}
}

We kunnen deze properties beginwaarden geven via volgende initializer syntax:

Meting meting = new Meting() { Temperatuur = 3.4, IsGeconfirmeerd = true};

Object initializer syntax bestaat er dus uit dat je een object aanmaakt met de default constructor en dat je dan tussen accolades een lijst van properties en hun beginwaarden kunt meegeven. Object initializer werkt enkel indien het object een default constructor heeft (je hoeft deze niet expliciet te maken indien je klasse geen andere constructors heeft zoals in een eerder hoofdstuk al besproken).

Bovenstaande code mag ook iets korter nog:

Meting meting = new Meting { Temperatuur = 3.4, IsGeconfirmeerd = true};

Zie je het verschil? De ronde haakjes van de default constructor mag je dus achterwege laten.

De volgorde waarin je code wordt uitgevoerd is wel belangrijk. Je ziet het niet duidelijk, maar sowieso wordt eerst nu de default constructor aangeroepen. Pas wanneer die klaar is zullen de properties de waarden krijgen die je meegeeft tussen de accolades. Als je dus zelf een default constructor in Meting had geschreven dan had eerst die code uitgevoerd zijn geweest. Voorgaande voorbeeld zal intern eigenlijk als volgt plaatsvinden:

Meting meting = new Meting();
meting.Temperatuur = 3.4;
meting.IsGeconfirmeerd = true;

Je bent niet verplicht alle properties via deze syntax in te stellen, enkel de zaken die je wilt meegeven tijdens de objectcreatie.

Kennisclip

Documentatie

PreviousOperator overloadingNextCompositie en aggregatie

Last updated 4 years ago

Was this helpful?

Object initializer syntax
https://docs.microsoft.com/en-us/dotnet/csharp/programming-guide/classes-and-structs/object-and-collection-initializers