FileInfo klasse
De FileInfo
klasse
FileInfo
klasseDe FileInfo
klasse heeft 2 specifieke doelen:
Ze laat toe om meer informatie over bestanden te verkrijgen, zoals bijvoorbeeld het moment waarop het bestand werd aangemaakt.
Anderzijds kan je er eenvoudig bestanden met kopiëren, verplaatsen en verwijderen.
We kunnen deze klasse gebruiken door eerst een object te instantiëren, waarbij we aan de constructor het path meegeven naar het te gebruiken bestand:
Er is uiteraard ook een DirectoryInfo
klasse met een soortgelijke werking, die we verderop bespreken.
Meer informatie over een bestand
Nadat het fileInfo
object werd aangemaakt krijg je via een hele resem properties toegang tot detail-informatie over het bestand in kwestie, zoals:
Name
Bestandsnaam
"temp.txt"
FullName
Volledige pad van het bestand
c:\temp\temp.txt
Extension
Bestandsextensie
".txt"
Length
Bestandsgrootte in bytes
21
CreationTime
DateTime
object met datum en tijd waarop het bestand is aangemaakt
11/06/2024 10:17:21
LastAccessTime
Laatste keer dat het bestand is geopend
idem
LastWriteTime
Laatste keer dat het bestand is gewijzigd
idem
Exists
boolean
die aangeeft of het bestand bestaat
true
Het gebruik van deze properties wijst zichzelf uit (uiteraard zijn dit allemaal read-only properties):
Kopiëren, verplaatsen en verwijderen
Van zodra je een FileInfo
-object hebt, krijg je beschikking over tal van handige methoden. We gaan de 3 nuttigste (CopyTo
, MoveTo
en Delete
) eens tonen in een domme demo:
Als we deze code uitvoeren zullen er 3 zaken gebeuren, op voorwaarde dat het bestand bondData.dat
beschikbaar:
Lijn 4: Een tweede bestand
supermanData.dat
wordt aangemaakt en zal dezelfde informatie als het originele bestand bevatten.Lijn 5: Het bestand
bondData.dat
wordt hernoemd naarbond2Data.dat
.Lijn 6: Het originele bestand wordt verwijderd. Ook al werd het hernoemd.
Lijn 7: Als we nu de folder zouden bekijken waar de applicatie werd uitgevoerd, dan zouden we enkel nog een bestand met de naam "supermanData.dat" zien staan.
File
of FileInfo
File
of FileInfo
De System.IO
namespace is een nogal verwarrende klasse. Je kan dezelfde zaken op verschillende manieren doen. Er zijn verschillende Readers en Writers. Soms gebruik je static-methoden, soms object-methoden. Wat is het nu? Lig er niet te hard van wakker! Je bent nog maar aan het prille begin van je C# carrière en zal de komende jaren zeker beter aanvoelen wanneer je welke oplossingsstrategie moet toepassen.
Toch willen we kort toelichten wat het verschil is tussen File
en FileInfo
. Je hebt gezien dat ik ze beide doorheen dit hoofdstuk door elkaar gebruikte. Beide klassen hebben veel gelijkaardige functionaliteiten, maar de File
-klasse is een static klasse
. Terwijl FileInfo
dat niet is.
De File
vereist dus niet dat je telkens een object aanmaakt wanneer je snel iets met een bestand wenst te doen. Bij FileInfo
doen we dit uiteraard wel, waarbij we het path naar het te gebruiken bestand meegeven.
En hier ligt dan ook direct een groot verschil: de FileInfo
heeft bewust een Refresh
-methode, omdat het niet kan garanderen dat alle ingelezen informatie later in de code nog relevant is. File
zal steeds instantaan met het betrokken bestand werken. FileInfo
doet dit enkel tijdens de constructie en bij een Refresh
.
Als je meerdere bewerkingen op een bestand wilt doen na elkaar is FileInfo
aangeraden, daar je anders meerdere keren de file expliciet zou openen en sluiten met de File
klasse. Wil je echter maar kort en krachtig iets met het bestand doen (bv. controleren of het bestaat met File.Exist
) dan gebruik je beter de File
klasse. Maar toegegeven, dit is geen harde wet. Ik zou daarom momenteel aanbevelen: gebruik wat je zelf het prettigst vindt. Van zodra je professionele code moet beginnen schrijven waarbij performantie en veiligheid belangrijk is, dan wordt het tijd om in-depth na te denken over het gebruik van specifieke klassen.
DirectoryInfo
klasse
DirectoryInfo
klasseUiteraard is er ook een DirectoryInfo
klasse. En net zoals FileInfo
een tegenhanger in de vorm van de File
klasse heeft, zo is er ook de Directory
klasse. Ook hier is Directory
een static klasse, en DirectoryInfo
niet. De uitleg van zonet over het verschil blijft dus ook hier gelden.
Deze klasse geeft dus meer informatie over een folder en het gebruik is identiek aan de FileInfo
-klasse. Eerst moet er weer een object van aan gemaakt worden:
Wederom kunnen we de typische properties (LastAccesTime
, CreationTime
, enz. ) en methoden (Create
, Delete
, MoveTo
enz.) aanroepen.
GetFiles
en GetDirectories
GetFiles
en GetDirectories
De DirectoryInfo
-klasse heeft nog 2 erg nuttige methoden om te bekijken welke elementen in de folder staan. GetFiles
en GetDirectories
geven een array van respectievelijk FileInfo
en DirectoryInfo
objecten terug. Vervolgens kunnen we deze arrays van paths gebruiken om bijvoorbeeld deze bestanden te verwijderen.
Volgende code toont hoe je kunt visualiseren welke elementen zich in de c:\temp
-folder bevinden:
Filteren op bestanden
De GetFiles
-methode aanvaardt enkele handige parameters die je toelaten om naar specifieke bestanden te zoeken.
Ten eerste kan je een searchPattern als string
meegeven. Hierbij kan je met behulp van de asterisk (*
) en het vraagteken aangeven bepaalde zaken maar te zoeken.
Volgende voorbeeld zal alle bestanden die extensie ".txt" hebben teruggeven:
En deze zal alle bestanden teruggeven wiens bestandsnaam start met "Tim" en dan nog 1 teken bevat. De extensie maakt niet uit:
Zoeken in subfolders
Via een tweede argument bij GetFiles
kan je ook aangeven om niet enkel in de huidige folder te zoeken, maar ook in de subfolders. Volgende voorbeeld zal alle bestanden zoeken die eindigen op ".txt" , inclusief in de subfolders:
Recursief een folderstructuur verwerken
Stel dat je alle subfolders en bestanden in die subfolders wilt oplijsten, inclusief folders in subfolders, en zo voort. Hiervoor bestaat geen ingebouwde .NET methode. Je zal dit dus zelf moeten oplossen, waarbij we een recursie-structuur zullen moeten aanmaken. Een recursieve methode roept zichzelf terug aan tot aan een bepaalde voorwaarde wordt voldaan. In dit geval wanneer er geen nieuwe subfolders meer worden gedetecteerd in de huidige folder.
Volgende methode zal telkens in de huidige folder, die je meegeeft als argument, alle bestanden en folders van oplijsten. Het zal vervolgens zichzelf aanroepen met als argument telkens één van de subfolders in de huidige folder:
De eerste foreach
lijst de bestanden op. De tweede loop zal de folders tonen en ook zichzelf recursief aanroepen.
Een klassieke fout bij recursie is een methode schrijven zonder stopvoorwaarde. Gelukkig hebben we dat probleem hier niet: de methode stopt met zichzelf aanroepen als er geen subfolders meer zijn in de huidige folder.
Pas wel op: als je deze methode uitvoert op bijvoorbeeld "c:", zal er waarschijnlijk heel veel tekst op je scherm verschijnen. Dat kan lang duren.
Last updated