Conditionele blok
Wanneer we logica inbouwen om te bepalen of een stuk code onder bepaalde voorwaarden / condities mag uitgevoerd worden, spreken we over een conditionele blok.
We bekijken twee manieren : de if / else structuur en de switch / case structuur.
if / else
In de meest simpele vorm controleren we één conditie die bepaalt of een stuk code mag uitgevoerd worden.
Meestal zal bij de conditie ook een alternatief code blok worden meegegeven : wat als het niét waar is.
Belangrijk in de if / else structuur is dat je de blokken code die bij de conditie horen tussen accolades zet.
Het is ook mogelijk om meerdere if / else condities te combineren op deze manier:
Alhoewel het perfect mogelijk is om tot in het oneindige if / else if / else condities te blijven schrijven, begint dit al snel heel onoverzichtelijk te worden.
Om dit op te lossen hebben we onze tweede conditionele structuur.
switch / case
De switch / case structuur komt het best tot zijn recht als we voor één conditie meerdere mogelijkheden hebben, zoals in het voorbeeld hierboven.
Door deze structuur is de leesbaarheid van de code sterk verbeterd én het is ook veel makkelijker om een extra conditie toe te voegen.
Opgelet ! Je kan de switch / case structuur enkel gebruiken indien de conditie met de 'gelijk aan' operator vergeleken wordt.
Belangrijk ! Het keyword break zorgt ervoor dat een case eindigt. Zet je geen break, dan zal de volgende case ook nog uitgevoerd worden.
Logische operatoren
Om condities op te stellen hebben we beschikking over logische operatoren. Denk eraan dat bij switch / case enkel de gelijk aan operator gebruikt wordt.
Gelijk aan
==
a == b
Ontkenning (not)
!
!(a == b)
Niet gelijk aan
!=
a != b
Kleiner dan
<
a < b
Groter dan
>
a > b
Kleiner of gelijk aan
<=
a <= b
Groter of gelijk aan
>=
a >= b
Logische AND
&&
a && b
Logische OR
||
a || b
Last updated